Evidence-informed werken? Zo werkt het!
Gepubliceerd
16 juni 2025
Leestijd
4 minuten

Open leermateriaal biedt veel kansen, maar hoe weet je of het echt aansluit bij wat leerlingen nodig hebben? Evidence-informed werken helpt om beter onderbouwde keuzes te maken. Wat houdt dat precies in en hoe pas je het toe in het onderwijs?
Evidence-informed werken houdt in dat je keuzes maakt die zijn gebaseerd op wat werkt volgens verschillende bronnen. Dat kan kennis zijn uit wetenschappelijk onderzoek, maar ook praktijkkennis van collega’s of je eigen ervaringen. Ook data verkregen uit toetsuitslagen en informatie uit leerlingvolgsystemen of observaties in de klas kunnen een bron zijn.
Kies passende bronnen
Het is belangrijk dat de bronnen en informatie die je gebruikt, passen bij het onderwijs dat jij geeft. Vraag je daarom af:
- Is de informatie relevant voor mijn vraag?
- Is dit onderzoek gedaan in een vergelijkbaar schooltype?
- Sluit de praktijkervaring aan bij mijn klas?

Doelgericht en systematisch keuzes maken
Bewust en doordacht keuzes maken, daar draait het om bij evidence-informed werken. Systematisch werk je toe naar een oplossing die past bij jouw manier van lesgeven. Je kiest daarbij doelgericht en werkt vanuit een bepaald vraagstuk naar een oplossing toe.
De voordelen op een rij
Evidence-informed werken heeft meerdere voordelen: je voorkomt blinde vlekken, kunt je eigen vooroordelen en aannames kritisch toetsen en stemt oplossingen beter af op de behoeftes van jouw leerlingen. Zo maak je onderbouwde beslissingen en dat vergroot de kans op effectieve lessen. Bovendien stimuleert deze manier van werken een onderzoekende houding, die past bij werken met open leermateriaal.
Stappenplan evidence-informed werken met open leermateriaal
Stap 1: formuleer een duidelijke probleemstelling
Om doelgericht te kunnen werken, moet je eerst weten wat je onderzoeksvraag is. Door de probleemstelling helder te formuleren, kun je tijdens het hele proces steeds toetsen of je op de goede weg bent.
Voorbeeld: je ziet dat het leesvaardigheidsniveau in groep 7 niet snel genoeg vooruitgaat. Daarom formuleer je de onderzoeksvraag: gaat de leesvaardigheid van mijn leerlingen omhoog als ik teksten inzet die beter aansluiten bij de interesses en het leesniveau van mijn leerlingen?
Stap 2: zoek naar informatiebronnen
Wat is er al bekend over dit onderwerp? Zoek naar de best beschikbare informatie in recente en betrouwbare bronnen. Let daarbij op dat de informatie past bij jouw leerlingen, het vak en het onderwijsniveau.
Voorbeeld: uit onderzoek blijkt dat het inzetten van rijke teksten een effectief hulpmiddel is dat bijdraagt aan leesvaardigheid.
Stap 3: selecteer open leermateriaal
Zoek op platforms met open leermateriaal, zoals Wikiwijs, naar materiaal dat geschikt is voor jouw doel(groep). Beoordeel het kritisch: controleer of het materiaal actueel, compleet en duidelijk is en of het aansluit bij de belevingswereld van jouw leerlingen. Eventueel pas je het lesmateriaal aan.
Voorbeeld: je vindt een rijke tekst over gladiatoren die past bij het leesniveau en de interesses van jouw leerlingen. Er ontbreekt een bijbehorende verwerkingsopdracht, die wil je daarom zelf ontwikkelen.
Stap 4: betrek andere onderwijsprofessionals
Werk samen met je collega’s om het vraagstuk vanuit meerdere invalshoeken te bekijken. Door de praktijkkennis van meerdere leraren te combineren, ontstaat een rijker beeld en kom je vaak tot betere oplossingen. In de ideale situatie maak je het lesmateriaal samen met collega’s in een ontwikkelteam en zijn er andere collega’s die feedback geven en het materiaal testen en beoordelen.
Voorbeeld: samen met je duo-collega ontwikkel je een les rondom de rijke tekst. De les wordt door collega’s van de parallelklas en door jezelf uitgevoerd. Je vraagt feedback aan je collega’s op de inhoud en de uitvoering van de les.
Stap 5: evalueer en reflecteer
Onderzoek tussentijds én na afloop wat het open leermateriaal heeft opgeleverd en hoe het ontwikkelproces is verlopen. Bepaal vooraf hoe je gaat evalueren. Gebruik de resultaten om het materiaal te verbeteren en je aanpak te versterken. Deel wat je leert, zodat ook anderen ervan profiteren.
Voorbeeld: na het geven van de les constateer je dat de voorkennis van leerlingen nog niet voldoende wordt aangesproken. Daarop pas je de les aan. Tip: vergeet niet de les te delen via Wikiwijs, zodat ook andere leraren gebruik kunnen maken van jouw les.